blog
Synode komt niet tot besluiten over ethisch thema
Ons lichaam, en de kerk
Erg eenstemmig was de synode niet over de inhoud van de prediking als hoe schokkend ervaren we dat ten aanzien van zon essentieel thema? , in de bezinning over ons lichaam kwam het niet eens tot een stemming.
Hoe goed het qua sfeer en onderlinge betrokkenheid op de synode van de Protestantse Kerk ook is, inhoudelijk bleek in de novembervergadering dat alle afgevaardigden bij lange na niet door één deur kunnen. Wie zijn kaarten zet op de veelkleurigheid van de kerk, kan hiermee goed leven. Preses mw. ds. K. van den Broeke sprak aan het einde waarderende woorden tegen de synode, omdat de leden zo stevig met elkaar in debat gingen. ‘Daar bent u synode voor.’
Betaalt zich hier uit dat de voorbije jaren in de richting van de gemeenten nogal eens klonk dat ze vooral moesten zorgen een helder profiel te hebben (– los van de inhoud van dit profiel)? Ik herinner me een lezing van de vorige preses, ds. P. Verhoeff, voor de classis Katwijk, waarin hij dit accent legde.
De allergie voorbij
Scriba dr. A.J. Plaisier neemt zijn uitgangspunt – en dat is winst – in de tweede visienota van de Protestantse Kerk, ‘Hartslag van het leven’, drie jaar geleden aanvaard. Ten aanzien van de verkondiging is daarin gezegd dat ‘de kerk van alle kanten uitgedaagd wordt te verantwoorden waar zij in gelooft. We zullen aan de allergie voor waarheid en overtuiging voorbij moeten komen.’ Ook over de ethiek zegt deze visienota iets. ‘De verkondiging van het Woord en het lezen van de Bijbel geven oriëntatie in de chaotische tijd waarin we leven. De Bijbel is als een vlam die licht verspreidt op ethisch gebied.’
Vijf jaar lang stelt de synode in het najaar een ethisch thema centraal – om zo leiding te geven aan het leven van de kerk. Na de aandacht voor ‘wij en ons werk’ en voor ‘familie als gegeven’ is voor 2014 gekozen voor ‘wij en ons lichaam’, voor 2015 waarschijnlijk voor ‘wij en onze veiligheid’. De nu te bespreken nota vloeide uit de pen van dr. Wessel ten Boom, emeritus predikant en redactiesecretaris van het blad In de Waagschaal.
Inhoud van de nota
Waarom dít onderwerp? ‘Meer dan vroeger bepaalt ons lijf hoe wij door anderen benoemd, ervaren en gezien worden’. Dr. Ten Boom vraagt apart aandacht voor drie thema’s waarop het lichaam een belangrijke rol speelt: seksualiteit, gezondheid en schoonheid, terwijl hij afsluit met een paragraaf over de kerk als lichaam van Christus. Enkele gedachten uit de notitie:
– Het gaat in de Bijbel om de gemeenschap van heiligen rond de troon van het Lam. Dit beeld maakt het onmogelijk ons lichaam van ondergeschikt belang te vinden.
– De brutaliteit van ons geïndividualiseerde lichaam komt daarin tot uiting dat wij onszelf verstaan als seksuele wezens, die recht hebben op eigen seksualiteit en seksualiteitsbeleving, als ten principale onze eigen zaak.
– Achter het zelfbeschikkingsrecht schuilt een heilloos idee van ‘ongebrokenheid’, waarbij niet meer God maar de mens zelf gaat bepalen welk leven nog de moeite waard is.
– Niet verzoening mét onszelf, maar verandering ván onszelf lijkt het leidend principe te zijn wanneer het om schoonheid gaat.
Pastorale gesprek
Hoe reageerde de synode? Vóór het gesprek met elkaar werd onder meer mw. ds. H.A. Smits (classis Hoorn-Enkhuizen) geïnterviewd, die sprak over ‘een nog steeds slecht huwelijk tussen lichaam en kerk’. Ze vond het moeilijk in pastorale gesprekken het lichamelijke te benoemen. ‘Wat zeg ik als iemand single is: ‘Mis je de intimiteit?’ En als een man aan zijn prostaat geopereerd is, dan zit ik in een gesprek te hannessen. En, mag je nog afwijken van de norm, flaporen hebben of een scheef gebit? Mag rouw nog een periode zijn waarin je je ellendig voelt en dat toont?’
Ds. R.J. van Elderen stelde namens de commissie van rapport dat benoemd moet worden dat mensen die single zijn en homoseksuelen ook een lichaam hebben. Hij wilde tevens aandacht voor obesitas en DNA-technieken.
Ook dr. R. de Reuver, sprekend namens de Generale Raad van Advies, wilde uitbreiding van deelthema’s. ‘Na een grondige analyse van het verlangen en de verlegenheid in onze cultuur kan deze notitie in het maatschappelijke debat ingebracht worden, in relatie tot het benoemen van de verlegenheid in de christelijke traditie over het lichamelijke, in relatie tot vragen van macht en gender, van commercie, ook van homoseksualiteit.’
Zelfbeschikking
Mw. ds. G. Keizer (classis Flevoland) vond dat zelfbeschikking geen heilloze weg is en stelde de vraag of je God echt voor de voeten loopt als je om je levenseinde vraagt.
Ds. B.J.J. Boter (classis Leiden) bepleitte het in een ethische discussie ook spreken over de integriteit van het lichaam, over inenting en besnijdenis, over klonen van organen.
Ds. F. van Roest (classis Katwijk) meende dat de gebrokenheid van de schepping vanwege de zonde en de gevolgen daarvan voor ons lichaam te weinig onder woorden gebracht wordt. Hij vond dat de notitie grondig herschikt, herschreven en aangevuld moest worden.
Ds. R.H. van der Rijst (Haarlem) was juist van mening dat ziekte niet met zonde verbonden moet worden.
Oud.-kerkrentmeester H.A. van Dijk (classis Groningen) was teleurgesteld over de nota. ‘Ik proef ouderwets aandoende standpunten, omringd door ronkende geloofstaal, die in schril contrast staat met het oppervlakkige spreken over lichamelijkheid.’
Ds. M.G. Pettinga (classis Edam-Zaandam) zei dat ‘Hooglied niet in het donkere hoekje van de Bijbel staat en gewaardeerd mag worden als een lied van vrolijkheid en spel. Het meest hindert mij de sombere toonzetting.’
Beetje giftig
De schrijver van de nota, dr. Wessel ten Boom, zwichtte niet voor alle kritische reacties: ‘Wij hebben als kerk ontzettend veel moeite om in oordelen te spreken; dat doet de nota en dat vind ik geen schande. Zo sta ik op de kansel. Als we niet durven te oordelen, maken we wel een fijne indruk, maar gaan we altijd vrij uit.’ Ook hekelde hij het dat ‘opeens de homoseksueel weer moet opdraven. Ik word daar een beetje giftig van.’
Nadat dr. A.J. Plaisier voorstelde de nota op basis van de reacties grondig te zullen herschrijven, werd de toon voor het eerst wat badinerend, toen ds. Van der Rijst opmerkte: ‘Ik wil onze scriba niet in een spagaat brengen, het hem niet aandoen in zijn studeerkamertje het stuk te herschrijven.’
Namens het moderamen stelde ds. Plaisier daarna voor de nota niet in stemming te brengen. ‘We hebben elkaars temperatuur gevoeld en komen in april of in het najaar met een nieuwe versie of een radicaal gereviseerde versie terug.’
P.J. Vergunst