Waar bent u naar op zoek?

Offerdienst in Oude Testament

17-09-2012

Tegenover de inwijding van het heiligdom door Aäron staat de ontwijding van dat heiligdom door Nadab en Abihu, de zonen van Aäron. Drs. H.J. de Bie over de offerdienst in het Oude Testament.

De zonde van de priesterzonen is te vergelijken met de val van Adam en Eva in het paradijs. Het gebeurt nota bene in het boek Leviticus, waarin het gaat om de dienst van de verzoening.

In het Nieuwe Testament is het niet anders. Want de zonde van Nadab en Abihu laat zich ook vergelijken met het bedriegen van de Heilige Geest door Ananias en Saffira.

Maar ondanks alle gebrokenheid is de schepping er nog. De dienst van de verzoening gaat door en de Heilige Geest zál de wereld overtuigen van zonde, van gerechtigheid en van oordeel.

Nadab en Abihu sterven voor het aangezicht van de HEERE. Maar de offerdienst zal doorgaan. Dat is het eerste wat Mozes nu tegen Aäron zegt (Lev.10:3; zie kader). De woorden die God hier spreekt hebben iets van een spreuk (Hebreeuws: maasjaal). Het is een speerpunttekst.