Muziek
In deze rubriek is veel aandacht voor uitgaven die betrekking hebben op kerkmuziek. Veel cd’s, boeken en bladmuziek op dit terrein zijn de revue gepasseerd. Aan carillons daarentegen is er volgens mij nog nooit een woord gewijd. Dat wil ik dit keer eens doen. Er is namelijk over dit onderwerp een interessant boek verschenen.
Wat zou een stad zijn zonder een carillon, denk je wel eens als je lopend door een bepaalde stad verrast wordt door de veelal vrolijke klanken van een klokkenspel. Dat hoort helemaal bij een oud-Hollandse stad, een carillon dat op gezette tijden wordt bespeeld door een stadsbeiaardier of op bepaalde tijden middels een speeltrommel haar klanken over de stad strooit.
Ten tijde van de Reformatie, toen men in ons land in de erediensten de Psalmen ging zingen, werd aan de stadbeiaardier dikwijls opdracht gegeven psalmmelodieën te spelen. Zodoende maakte men het volk bekend met de te zingen Psalmen.
Carillons horen er helemaal bij. Maar wat weten we eigenlijk van het ontstaan, de werking, de mogelijkheden van een carillon? Eigenlijk niet veel of om niet te zeggen: helemaal niets. De beiaard is dus al heel oud. Deze ontstond reeds rond het jaar 1500 in de Lage Landen en is één van de meest originele realisaties uit de muziekgeschiedenis van met name de Nederlanden. Klokkenmuziek was een luxeproduct dat zich kon ontwikkelen op de voedingsbodem van een competitieve stadscultuur en een geavanceerde technologische kennis, onder meer in de textielindustrie en de molenbouw. Voor diegenen die wel eens iets meer willen weten over het hoe en wat van een carillon, is een fraai boek verschenen van de hand van de stadsbeiaardier van de Universiteit te Leuven, de Abdij van Park en de stad Tienen, dr. Luc Rombouts. Het boek, een uitgave van Skribis in Gent, heeft als titel De oorsprong van de beiaard. Voorlopers, ontstaan en ontwikkeling tot 1530. In dit omvangrijke boek wordt ons veel verteld over het ontstaan en de verdere geschiedenis van onze klokkenspelen. Hieronder vallen ook de luidklokken die bijna in elke toren hangen en bij bepaalde gelegenheden worden geluid.
Momenteel zijn er in ons land diverse klokkenluidersgilden actief, die op gezette tijden met de hand de in de toren hangende luidklokken luiden. Zo bijvoorbeeld ook in mijn woonplaats Elburg. Daar worden de vier luidklokken elke zaterdagavond van zes uur tot tien over zes met de hand geluid. Zoiets als: ‘Wij luiden de zondag in.’
Het boek van dr. Luc. Rombouts vertelt ons niet alleen de geschiedenis van de carillons, het geheel wordt ook rijkelijk ondersteund met tekeningen, foto’s en oude afbeeldingen. De auteur heeft als einddatum van zijn uiteenzettingen 1530 genomen, omdat het nieuwe muziekinstrument toen technisch voltooid was. Enkel op het vlak van het aantal klokken en hun toonzuiverheid zouden later nog belangrijke evoluties volgen. Het boek kost € 30. Van harte aanbevolen.