Meeleven met kwetsbaren
Sinds jaar en dag is ziekenhuisbezoek een onderdeel van het werk van pastoraal verantwoordelijken in de gemeente, met name van predikanten en ouderlingen. In de praktijk blijken zulke bezoeken nogal eens wat verlegenheid op te roepen. Hoe ga je hiermee om? Enkele praktische aanwijzingen.
Ziekenhuisbezoek vanuit de kerkelijke gemeente komt in 2023 minder vaak voor dan vroeger, waarschijnlijk omdat mensen jaren geleden veel langer in het ziekenhuis lagen dan vandaag. Niettemin is het ziekenhuisbezoek een blijvend onderdeel van het pastorale werk.
Met dit artikel heb ik vooral beginnende predikanten en ouderlingen op het oog. Het bezoeken van gemeenteleden in het ziekenhuis roept nogal eens wat verlegenheid op. Dat kan ermee samenhangen dat het ziekenhuis een omgeving is waar veel mensen niet vaak komen en ook niet graag komen. De ambiance kan overweldigend zijn. Ook kunnen er verschillende vragen opborrelen die de onzekerheid voeden. Hoe tref ik het gemeentelid aan? Is er mogelijkheid tot gesprek? Wat moet ik zeggen?
In dat alles wil dit artikel een handreiking bieden. Graag geef ik wat praktische aanwijzingen. Ik doe dat niet vanuit het idee de wijsheid in pacht te hebben. Ongetwijfeld valt er af te dingen op wat ik schrijf of roept het geschrevene nieuwe vragen op. Het onderstaande is niet meer (en ook niet minder) dan het delen van wat ik heb geleerd in de afgelopen jaren. In de hoop dat zij die minder ervaring hebben, er hun voordeel mee kunnen doen.
Een kerntaak
Voordat ik praktische lijnen trek, wil ik graag benadrukken dat we hier met een kerntaak binnen de christelijke gemeente van doen hebben. In de Evangeliën is de aandacht van de Heere Jezus voor zieken een rode draad. Met ontferming is Hij bewogen over hen die ziek zijn en die lijden onder de gevolgen van de zonden. Als Jezus tekenen opricht van Zijn Koninkrijk, dat is en komt, zijn dat vaak genezingen van zieken. Deze tekenen wijzen ons op Zijn volmacht én op de tijd dat er geen ziekte meer zal zijn. In navolging van haar Heiland is de christelijke gemeente geroepen tot bewogenheid met hen die ziekte kennen. Kolossenzen 3 is een schets waarin Paulus de nieuwe mens tekent, die, als verloste door Christus, de Meester weerspiegelt. Innige gevoelens van ontferming behoren tot het signalement van een gelovige volgens Kolossenzen 3:12.
Er zijn
Deze innige gevoelens van ontferming mogen de motivatie tot en de inkleuring van het ziekenhuisbezoek uitmaken. Vanuit bewogenheid er zijn voor een ander schaap van de kudde. Omzien naar mensen in een kwetsbare omstandigheid. Daar ligt voor veel mensen die ziek zijn een diepe behoefte: dat er naar hen wordt omgezien door iemand die namens de Heere Jezus komt. Meer dan eens deed ik de ervaring op dat het gemeenteleden al ontroerde dát je er was, dát je kwam. Uitgesproken of onuitgesproken ervoe-ren ze: in dit bezoek vanuit de christelijke gemeente komt Christus op bezoek, ziet Hij naar me om. Daarin ligt ook de grote vreugde van het ziekenhuisbezoek. Zeker, soms is het moeilijk, maar wat is het een voorrecht om de Heere Jezus te representeren en in Zijn kracht er voor mensen te zijn.
Professionele werkomgeving
Je bezoekt een ziekenhuis. Dat is de professionele werkomgeving van verpleegkundigen, artsen en ander personeel. Zij geven alles om er voor patiënten te zijn. Meer dan eens ben ik onder de indruk gekomen van de tomeloze inzet van hen die in het ziekenhuis werkzaam zijn. Daar ben je te gast. Straal dat ook uit, waardeer dat. Loop niet meteen naar de kamer waar je gemeentelid ligt. Meld je eerst bij de post aan het begin van de afdeling. Stel jezelf voor en vraag of het goed is dat je kort deze of die komt bezoeken.
Vermijd het om op bezoektijden te komen. Je wilt geen tijd afsnoepen van familie die aanwezig is en die toch de neiging zal hebben om naar de gang te gaan, als de dominee of de ouderling komt. In de ziekenhuizen die ik ken, ben je als predikant of ouderling altijd welkom buiten bezoektijden. Mijn ervaring is dat de tweede helft van de ochtend een goed moment is. Dan is de verzorging geweest en zijn patiënten vaak op hun best. ’s Avonds raken zieken vaak erg vermoeid en is ‘het lichtje uit’.
Kwetsbaar
In veel gevallen zul je je bezoek onaangekondigd brengen. Dat is niet erg, maar belangrijk is dan wel te beseffen dat het gemeentelid wellicht wat overvallen wordt door je aanwezigheid. Hoe fijn ze het bijna altijd ook vinden dat er bezoek vanuit de gemeente is, mensen zijn onder deze omstandigheden zwak en kwetsbaar. Vraag daarom eerst of het goed is bij hen te komen zitten. Neem de tijd om hen aan het bezoekje te laten wennen. Dus stel niet meteen grote vragen: Hoe is het met u? Ervaart u troost? Benoem eerst maar eenvoudig dingen als: u ligt hier alleen, zie ik. Het mag ook gerust even stil zijn.
Laat vervolgens merken dat je het fijn vindt om er te zijn. Dat het je verlangen is om te komen meeleven. Daarna kun je het gemeentelid de gelegenheid geven wat te zeggen over zijn of haar situatie. Dit kan door het stellen van één of twee vragen. Het kan ook door het weergeven van wat je al weet aan voorinformatie. Vaak hebben zieken de behoefte om nog eens uit te spreken wat er de afgelopen dagen of weken gebeurde. Niet zelden is dat een traumatische ervaring geweest die met familie moeilijk bespreekbaar is. Ook voor familie zijn de dingen emotioneel en dat maakt het gesprek met hen soms lastig. Hier kun je als predikant of ouderling veel betekenen: een patiënt wil dat wat gebeurd is, vaak graag nog eens benoemen, wil de dingen herkauwen.
Geestelijke component
In deze fase van het gesprek kan door middel van open vragen de geestelijke component aan de orde komen. Wat ervaart u in dit alles van God? Welke bijbeltekst, welke psalm of welk lied gaan deze dagen met u mee? Soms helpen gesloten vragen ook. Lukt het om te bidden? Probeer met compassie woorden te geven aan de moeite die wordt ervaren, en reik in alle eenvoud de werkelijkheid aan van de aanwezigheid van de goede Herder, ook in deze omstandigheden.
Het bovenstaande leeft van de vooronderstelling dat het gemeentelid min of meer in staat is een gesprek te voeren. Als het anders mocht zijn, zal het een en ander nog veel meer gecomprimeerd en basaal moeten: laten merken dat je er bent, een stukje uit de Bijbel lezen, een kort gebed.
Andere patiënten
In de regel duurt je bezoek niet langer dan een minuut of twintig, dit inclusief een afsluiting in de vorm van Schriftlezing en gebed. Bedenk bij het laatste dat je vaak op zaal bent waar ook andere patiënten verkeren. We kennen allemaal de verhalen uit het verleden. De dominee, met de zwarte hoed in de hand, ging van bed tot bed en had voor eenieder een goed woord, om vervolgens met de hele zaal te lezen en te bidden.
Die tijd is voorbij. Wees voorzichtig met het spontaan aanknopen van een gesprek met andere patiënten. Jij gaat weg, maar de zieke die je bezocht, in zijn kwetsbare omstandigheid, blijft. Hoe pijnlijk is het als jouw optreden aanleiding geeft tot confronterende woorden van andere patiënten richting jouw gemeentelid. Beperk je daarom in de regel tot degene die je bezoekt.
Afsluiting
Lees als afsluiting een eenvoudig stukje uit de Bijbel. Ik kies bijna altijd (een gedeelte van) een Psalm. In de Psalmen gaan Godsvertrouwen, moeite en vragen hand in hand. Benoem één aspect uit de Schriftlezing dat jou persoonlijk aanspreekt en waarvan je hoopt dat het je gemeentelid ook bemoedigt. Sluit met een kort gebed af.
En dan ga je weer, de zieke achterlatend. Het is waardevol om ook deze ontmoeting biddend terug te leggen in de handen van God, zoals je ook voorafgaand aan het bezoek de Heere om wijsheid hebt gevraagd. Niet zelden blijft de vreugde over dat je concreet iets mocht betekenen voor een schaap uit de kudde van de goede Herder.