Waar bent u naar op zoek?

blog

Ook in de ijver voor Gods huis liet Jezus een voorbeeld na

Liefde voor de kerk

06-10-2014

Tien jaar Protestantse Kerk, de herdenking ligt achter ons. Wie terugblikt, wordt geraakt door de veelheid en veelkleurigheid van de emoties, soms geuit vanuit een schuttersputje. Het dwingt ons te blijven zien én te blijven geloven wat de kerk is.

Als ik in het moderamen van de synode zat, was ik bij tijden ongetwijfeld stevig geraakt geweest over al die geluiden over de kerk. Tien jaar na de kerkvereniging is de identiteit van de Protestantse Kerk een onderwerp dat tot heftige uitspraken luidt – en het is goed om die alle te horen en eerlijk te wegen. Toen een van onze predikanten me ooit een heftige brief schreef over het denken binnen de Gereformeerde Bond over vrouw en ambt en ik moed verzameld had om hem op te bellen, was zijn reactie: ‘Nee joh, je moet je pas zorgen maken als ik je niet meer schrijf.’ In die zin is emotie over de kerk een teken van betrokkenheid op de kerk, hopelijk ook liefde voor de kerk.

De kerk nodig

Daar zit dan direct wel hét punt waarover het gaat: liefde voor de kerk. In onze verwarde tijd, waarin individualisering de christelijke gemeente raakt, waarin ‘een goed gevoel’ het in de evaluatie na de dienst lijkt te winnen van ‘Alzo zegt de Heere’, waarin mensen zomaar kunnen gaan denken dat het om hen draait, hebben we de kérk nodig, de kerk der eeuwen. Door het Woord is zij in leven geroepen, door God is zij ‘tegen het woeden der gehele wereld bewaard’, zoals de Nederlandse Geloofsbelijdenis ons voorhoudt, in haar midden is de verkondiging van het Evangelie en de bediening van doop en avondmaal doorgegaan.

We kunnen de kerk niet meer dienen dan door voor haar te bidden én (zo) mee te werken aan de opbouw van de gemeente. Dat gebeurt als we bijbels zicht ontvangen op wat de kerk is, lichaam van Christus, tempel van de Heilige Geest, ook ‘de plaats waar Jezus met zondaars samenwoont’, zoals dr. Jan Koopmans het kernachtig zei. Dan is de kerk voor ons persoonlijk een wonder.

Liefde ziet scherp

Zo naar de kerk kijken betekent ook waardering van het ambt, omdat we beseffen dat Christus aan Zijn kerk het ambt geschonken heeft, opzieners om te bewaken dat de gemeente bij de leer van de apostelen blijft, diakenen om voorop te gaan in dienstbetoon. Zo naar de kerk kijken betekent ook waardering van het verbond en de sacramenten, omdat Christus als Middelaar van het verbond voor Zijn gemeente zorgt en haar leidt, omdat we het sacrament als teken en zegel van dit verbond ontvangen.
Een geestelijke blik op de kerk maakt ons niet blind voor haar concrete gestalte, voor de zonden die in haar midden gedaan worden én zelfs getolereerd worden. Integendeel, de liefde ziet scherp, is geduldig, wordt niet verbitterd, handelt niet ongepast. Zouden we deze kenmerken van de liefde, in 1 Korinthe 13 genoemd, niet mogen toepassen op onze roeping in de kerk? En, zou God, in Wie de volmaakte liefde is, zo niet naar Zijn gemeente kijken?

Huis van koophandel

De Heere Jezus heeft ook in dit opzicht ons een voorbeeld nagelaten. Met barmhartigheid was Hij bewogen over degenen die geen herder kenden. Zijn plaats nam Hij, naar gewoonte, in de synagoge in. En tegelijk duldde Hij het niet dat het huis van Zijn Vader gemaakt werd tot een huis van koophandel. In Zijn leven ging de profetie uit Psalm 69 in vervulling: De ijver voor Gods huis heeft Hem verteerd.
Wat luistert dit nauw in onze roeping om in de kerk te ijveren voor gehoorzaamheid aan al Gods geboden. Zonder liefde kan die inzet niet, anders zijn onze woorden als klinkend koper. En als de liefde voor de kerk er wel is, zal ze gepaard gaan met lijden aan de kerk. Het doet immers pijn als er dingen mis zijn bij degenen die je liefhebt.

Niet wegkijken

Zonden in het leven van je naaste, van broeders en zusters, maken ons niet onverschillig. Omdat wegkijken tot medeverantwoordelijkheid leidt, is dat geen optie. Die zonden verootmoedigen ons, omdat we behoren tot hetzelfde huisgezin en daarom medeverantwoordelijk zijn. Zo wil de Gereformeerde Bond ín de kerk staan, in het besef dat alle gemeenten ten diepste hetzelfde nodig hebben. Wat goed is voor de gemeente in Barneveld, is ook goed voor de gemeente in Bolsward.

***

In de kerk staan, dat betekent aanwezig zijn op de ambtelijke vergaderingen, in classis en synode. In de kerk staan wil voor ons zeggen dat we de kerk blijven herinneren aan haar eigen grondslag, waar ‘de Heilige Schrift als enige bron en norm voor de kerkelijke verkondiging en dienst’ genoemd wordt. Vanuit het besef dat zo alleen de kerk leven zal en toekomst heeft, mogen we de vinger leggen bij wat niet naar dit Woord is. Dat geldt ook activiteiten die voortkomen uit het verlangen om de ander met het Evangelie te bereiken. Dat verlangen kende niemand sterker dan Jezus – en daarom onderwees Hij al de geboden van Zijn Vader.

Dierendagviering

Mogen we – ik geef toe, het is een willekeurig, maar wel illustratief voorbeeld – de kerk om die reden vragen wat zij beoogt met de zondag jl. in Schaarsbergen gehouden dierendagviering van Mijnkerk.nl, de internetgemeente van de Protestantse Kerk? Dienen we God werkelijk met een viering met muziek en zang van Nicole Reijmer en band (bij haar muziek passen trefwoorden als jazz, funk, blues, pop), bijbellezing, overdenking, gebed, zegen en gelegenheid om een kaarsje aan te steken. ‘Er wordt gezorgd voor de nodige drinkbakken, katten/hondenbrokjes en poepzakjes’, meldt de uitnodiging. Voor mij is het stellen van deze vraag het geven van het antwoord.
De boodschap van het Evangelie hoeft niet aan de man gebracht te worden met hulp van seculiere artiesten. Dat spanningsveld kenmerkte de Nijkerkse eredienst waarin stilgestaan werd bij tien jaar Protestantse Kerk. Naast de goede woorden van ds. T.C. Verhoef (‘De kerk functioneert pas als ze verbonden is met God. Niemand van ons kan leven zonder de Heere Jezus’) en van scriba dr. A.J. Plaisier (‘Je verloren leven wordt door Jezus met God verbonden’), waardoor de kerk haar boodschap verkondigde, zongen operazanger Ernst Daniël Smid en zijn dochter Coosje seculiere teksten die in een kerkelijke context een eigen betekenis moeten krijgen. Wat René van Kooten en Anita Meyer betreft was het hetzelfde liedje. Het feit van een live televisie-uitzending betekende het doen van allerlei concessies.

ND, RD, Trouw

Het stilstaan bij een jubileum maakt ook in de kerk duidelijk waar de jubilaris (voor) staat. Maar, de veelheid aan reacties maakte tegelijk helder waar commentators of critici staan. Het ND liet dr. W.J. op t Hof zeggen dat het samenwerkingsproces van drie kerken eerder duivels dan goddelijk was en dat ‘de Gereformeerde Bond principieels niks meer voorstelt. Je hoort ze niet meer, ook niet degenen die zich daar nog gereformeerd noemen’. Tegelijk legde de krant in een commentaar dankbaar de vinger bij de focus op missionair kerk-zijn en belijdend spreken over God. Het RD belichtte deze tiende verjaardag in zijn commentaar sterk vanuit de relatie met de Hersteld Hervormde Kerk, Trouw

besteedde onder meer aandacht aan de liturgie in Nijkerk als bricolage, een deftig woord voor knutsel- of knip- en plakwerk.
De kerk, ze wordt in gebed en arbeid gedragen door veel van haar leden. De kerk, ze ligt ook onder vuur, soms meer van haar eigen leden dan van de buitenwacht. Dat laatste is goed als de liefde onze blik scherpt, als de kritiek op de ander eerst ons eigen hart doorzocht heeft.

Efezebrief

Het antwoord op al die reacties? Voor de gemeenten zou ik zeggen: Besteed in de verkondiging aandacht aan wat de kerk ten principale is, onderwijs jong en oud in deze maanden uit bij voorbeeld de Efezebrief. Het antwoord voor de kerk als geheel? Dat draagt ze als een schat in een aarden vat met zich mee, het evangelie van kruis en opstanding, van verzoening met God en van de overwinning op de machten. Juist als zovelen vrede met God en elkaar missen, als velen bezorgd zijn door de dreigingen in onze wereld, is er het Evangelie van het Koninkrijk dat aanbreekt. Als schapen te midden van de wolven zond Jezus Zijn volgelingen uit, om die boodschap te proclameren. Wie daarin tot het einde volhardt, die zal zalig worden.

P.J. Vergunst