Levensvraag van Luther is nog altijd actueel
Om maar direct met de deur in huis te vallen: in het artikel uit het Apostolicum over de vergeving van de zonden klopt het hart van de Reformatie, betoogt ds. C. van Duijn.
Uiteraard onderschreven de reformatoren alle artikelen van deze geloofsbelijdenis, maar dit artikel spant de kroon.
Hoe krijg ik een genadig God? Dat was de levensvraag van Luther. Antwoord op deze vraag kreeg Luther aan de voet van het kruis: Christus, Die in plaats van de zondaar is gestorven en door Zijn offer een verzoening is voor onze zonden.
Eerste ingang
Ook al weten wij van de innerlijke strijd van Calvijn minder dan die van Luther, voor Calvijn is de vergeving van de zonden evenzeer een essentieel onderdeel van het christelijk geloof. In het vierde boek van zijn Institutie
, waarin hij schrijft over de betekenis van de kerk, brengt hij de vergeving van de zonden ter sprake. Hij stelt: ‘De eerste ingang tot de kerk en het Koninkrijk van God is dus voor ons de vergeving van de zonden; zonder haar hebben wij geen verbond of gemeenschap met God.’
Dat dit voor Calvijn maar geen theorie was, bleek tijdens de kerkdienst. Daar ruimde hij nadrukkelijk plaats in voor de schuldbelijdenis. We komen in de kerk voor het aangezicht van God: onze zonden kunnen wij niet langer verzwijgen. Ondertussen zegt ons artikel niet dat wij ‘de zonden geloven’. Er staat nog één cruciaal woordje voor: de vergeving. Wij geloven de vergeving
van de zonden. Vandaar dat Calvijn behalve aan de schuldbelijdenis in de liturgie ook aan de genadeverkondiging een plek gaf. (…)
Centrale vraag
Leeft dit artikel bij christenen wel? We hebben gezien dat Calvijn stelt dat de vergeving van zonden de eerste ingang is tot de kerk en het koninkrijk van God. Zo kom je dus binnen! Hebben veel christenen het woord ‘ingang’ niet omgewisseld voor ‘uitgangspunt’? De Duitse dichter Heinrich Heine zei al: ‘God zal mijn zonden wel vergeven – dat is zijn vak’. Maar zo gingen de reformatoren (Luther voorop) daar niet mee om.
In dit verband valt de term ‘rechtvaardiging’. Dit begrip heeft alles te maken met de vraag van Luther: Hoe krijg ik een genadig God? Soms wordt gesteld dat deze vraag inmiddels achterhaald is. Onze tijd stelt een andere vraag: Is God er wel? En hoe kun je nu weten dat ‘onze God’ de enige en de echte is? Deze vragen zijn belangrijk en dienen we voluit serieus te nemen.
Tegelijkertijd moeten we vasthouden: het zijn nog steeds vragen die aan die ene vraag voorafgaan. Want wie God leert kennen, leert Hem kennen als een God Die rechtvaardig is. Dat is en blijft een belangrijke eigenschap van God. Dat betekent dat Hij betrouwbaar is. Wat Hij zegt, dat doet Hij.
Lees de volledige tekst van dit artikel in De Waarheidsvriend van 23 februari 2017, een themanummer dat gewijd is aan de Reformatie.
Dit artikel is een ingekorte voorpublicatie van hoofdstuk 13 van ‘Reformatie.nu’, dat rond 23 februari 2017 verschijnt.