blog
Een tevreden leven houdt ons bij de waardigheid als mens
Leven is meer dan geld
Hoe belangrijk is geld? Om die vraag kunnen we in de Nederlandse samenleving niet heen. Belangrijk voor een discipel van Christus is dat uit zijn leven en keuzen blijkt dat hij niet wereldgelijkvormig is.
Ooit legde een van onze predikanten in de vroege vrijdagavond met zijn vrouw een doopbezoek af. Het uur was voor enkele inbrekers voldoende om in de pastorie voor duizenden guldens aan waardevolle spullen weg te halen. Wie is dan niet van slag, zeker als er persoonlijke bezittingen ontvreemd zijn waarvan de waarde in geld niet is uit te drukken? Na een enkele dag citeerde de voorganger echter Hebreeën 10: ‘Want u hebt (…) de beroving van uw eigendommen met blijdschap aanvaard, in de wetenschap dat u voor uzelf een beter en blijvend bezit in de hemelen hebt.’ Zo’n reactie kan meer indruk maken dan vijf preken.
De schrijver van de Hebreeënbrief kon dit uitspreken en de dominee kon ermee instemmen, omdat het voor hen waar was wat drie hoofdstukken verder verwoord is: ‘Want wij hebben hier geen blijvende stad, maar wij zoeken de toekomstige.’ Daarom mogen wij voorop gaan in ‘weldoen en onderling hulpbetoon’ (Hebr.13:16).
Christenpolitici
Altijd al zijn deze woorden uit het bijbelboek over de volharding van de christen van betekenis. In Nederland anno 2013 is het extra nodig dat we nadenken over de waarde van aards bezit. De economische crisis laat vrijwel elke Nederlander langer nadenken over de vraag waaraan hij zijn of haar geld wil spenderen. Voor een christen komt daar – nu de voortgaande ontkerkelijking veel gemeenten treft en ook diverse stichtingen minder inkomsten bezorgt – de vraag bij aan welke stukje werk in Gods Koninkrijk hij zijn tienden besteden wil.
In een tijd waarin het woord ‘bezuinigen’ elke dag de voorpagina van de krant haalt, is voorbeeldgedrag van leidinggevenden noodzakelijk. Niemand zal mensen die een bepaalde verantwoordelijkheid dragen, een passende financiële beloning misgunnen. Excessen moeten echter hard aangepakt worden. In de samenleving mogen christenpolitici daarin voorop gaan. Wat moet ik met het bericht dat de bestuursvoorzitter van Heineken over 2012 – naast zijn salaris van een miljoen euro – een bonus van 2,5 miljoen kreeg vanwege een overname, een kortetermijnbonus van 1,4 miljoen en ook een retentiebonus, waarmee trouwe blijvers beloond worden? Op momenten dat ik dit lees, ben ik geneigd lid te worden van GroenLinks of de SP.
Zelfverrijking
De neiging af te wijken van zijn jarenlange politieke overtuiging had ook de directeur financiën van een (vanouds) christelijk ziekenhuis, murw van de eindeloze onderhandelingen met veeleisende specialisten. Zelfverrijking aan de top van het bedrijfsleven, het leidde in het geval van oud-SNS-bestuurder Sjoerd van Keulen recent zelfs tot de noodzaak onder te duiken.
In zijn boek Eigentijds idealisme gaat de socioloog prof. Gabriël van den Brink in op het negativisme en het chagrijn in onze samenleving. Hij signaleert aan de ene kant dat vele landgenoten nog vol toewijding hun werk doen, maar dat dit maatschappelijke idealisme in het publieke en politieke leven nauwelijks terug te zien is. Dan ontmoeten we vooral het materiële, het eigenbelang.
In het openbare leven zien we in verkiezingstijd dat mensen hun stem slechts uitbrengen vanwege (financieel) eigenbelang en merken we dat elk maatschappelijk verschijnsel direct vertaald wordt naar de geldelijke gevolgen. Natuurlijk is x-euro schade voor het bedrijfsleven vanwege een morgen vol files vervelend – maar als ik het bericht erover hoor, denk ik toch aan die man die dankzij de files te laat kwam bij het sterfbed van zijn moeder.
Gezag
De bizarre bedragen voor mensen als de topman van Heineken zorgen ook voor een voortgaande uitholling van gezag. Zoals er moeilijk respect kan blijven voor sporters die in groten getale doping gebruikt hebben, krijgt het gezag van de politie een deuk als blijkt dat een agent de moord op het Dordtse meisje Milly Boele gepleegd heeft. Om van de fraude van enkele (prominente) wetenschappers maar te zwijgen. Degenen die voorop gaan in ons land, mogen nooit inleveren op hun integriteit.
Zeker in onze tijd van economische neergang ligt er voor de kerk de roeping de vinger te leggen bij de betrekkelijkheid van aards bezit. De nieuwe paus koos de naam van Franciscus van Assisi vanwege diens eenvoudige leefwijze. Zijn oriëntatie op de armen van de aarde heeft ook protestanten veel te zeggen.
Afbreuk
De opdracht om geen schatten voor onszelf op aarde te verzamelen die kunnen gaan roesten of gestolen kunnen worden (Matt.6:19), geldt de man met het kleinste salaris, maar zeker mensen met een hoog inkomen, mensen die in de christelijke gemeente leiding geven. Gezag staat in onze dagen niet los van authenticiteit, integriteit en transparantie. Zonder dat we het door hebben, kan ons leven afbreuk doen aan de boodschap van het evangelie.
Gedrag in de samenleving is een spiegel voor christenen, als we (met prof. James Kennedy) over een contrastgemeenschap willen spreken. Kan het dan dat de ene predikant de andere gelukwenst met zijn 25-jarig predikantschap en in dezelfde zin eraan toevoegt ‘Mooi, man, dan krijg je een extra periodiek.’ Nee, dat kan zelfs niet als het maar voor een deel serieus bedoeld is.
Voedsel en kleding
Het is een eerlijke constatering dat de meeste christenen in Nederland geen raad weten met een tekst uit 1 Timotheüs 6: ‘Als wij echter voedsel en kleding hebben, zullen wij daarmee tevreden zijn.’ In hoeveel gemeenten is er tijdens de afgelopen biddag over dit gedeelte gepreekt?
De vraag voor ons is waaróm we tevreden dienen te zijn met de dingen waaraan we voor vandaag genoeg hebben: onderdak, voedsel, kleding. In de eerste plaats om onze afhankelijkheid van God te blijven beleven. Als het Woord de zucht naar meer geld de wortel van alle kwaad noemt, lezen we ook dat het verlangen naar meer bezit mensen van het geloof heeft doen afdwalen, waardoor ze ‘zich met vele smarten doorstoken hebben’. Het naoorlogse Nederland laat zowel een toename van de welvaart als een verlaten van de dienst van de Heere zien. Moeten we daarom niet heel bezorgd zijn als wij zoveel te besteden hebben, als we zien dat het een volgende generatie in materieel opzicht nog weer beter gaat?
In de tweede plaats zetten we in op tevredenheid met onze dagelijkse benodigdheden, omdat tevredenheid en godzaligheid in de Bijbel dicht bij elkaar gehouden worden. Een concentratie op de gewone dingen – zelfs het genieten van die gewone dingen – helpt ons in het mogen zien dat het Koninkrijk van God uit gerechtigheid, vrede en blijdschap in de Heilige Geest bestaat (Rom.14:17).
In de woestijn
Daarbij komt dat een tevreden leven – wars van financiële prikkels, bonussen en andere vormen die de mammon in de 21e eeuw aanneemt – ons houdt bij onze waardigheid als mens. Wie voortdurend targets moet halen, voor wie werken gedurende drie dagdelen en op zondag het enige schijnt te zijn, leeft een eendimensionaal leven, plat en oppervlakkig. De kerk is dan de plaats waar concreet benoemd mag worden dat velen zich bevinden onder de macht van het geld, als slaaf in dienst zijn van de afgod economie.
De kerk is ook de plaats waar in de woestijn van het moderne leven een tafel aangericht staat, waar mensen op adem mogen komen door vast te houden aan de inzettingen van God. Hij laat elke week met een rustdag beginnen, Hij leert jongeren en ouderen dat er vrijheid is in de gehoorzaamheid aan Christus, die zonder bezittingen op aarde was.
Levenswijs
‘Levenswijsheid en vroomheid’ luidt het kopje boven Spreuken 23. Onder die begrippen valt het vierde vers uit dit hoofdstuk: ‘Mat u niet af om rijk te worden, gebruik daarvoor uw inzicht niet.’ Vaker dan de Bijbel dit woord in tal van varianten herhaalt, kan het ons niet gezegd worden. Tot ons behoud.
P.J. Vergunst