Een aantal gebeurtenissen die verbonden zijn met het kleine dorp, mogen niet vergeten worden. 'De oorlogsjaren en bevrijding van Lage Vuursche' herinnert aan een donkere tijd én laat zien dat in de bossen van de Vuursche het vuur van de hoop op betere tijden bleef branden.
‘Want dáár klonk de polsslag van een onstuimige tijd, dáár in het hart der natuur!’ Het zijn woorden geschreven door een onderduiker die gedurende de oorlogsjaren een schuilplaats vond in de dichte bossen van Lage Vuursche. Ondanks dat het een klein dorp is, is er in de oorlogsjaren toch veel gebeurd.
Onderduikers
In de bossen bij Lage Vuursche wordt in het voorjaar van 1943 een onderduikhut gebouw die bekend is geworden als ‘het Duikje’. Een wisselende groep verzetsmensen, twee bemanningsleden van een geallieerde bommenwerper en een Joodse jongeman vinden hier onderdak. Vanuit het voormalige klooster St. Elisabeth wordt gezorgd voor voedsel, water en elektriciteit voor de bewoners. Het loopt in tijd grotendeels parallel met het ‘Verscholen Dorp’ in de bossen bij Vierhouten.
Er is een dagboek bewaard van H.F.M. Münninghoff (1921-2018), die later bisschop is geworden van de Rooms-Katholieke Kerk op Papoea-Nieuw-Guinea. Hij beschrijft in zijn dagboek het dagelijks leven in de hut en verzetsactiviteiten in de regio. Zo vertelt hij over een mislukte overval op het gemeentehuis van Maartensdijk. In zijn beschrijving klinkt een kritische reflectie door over de gang van zaken.
Op woensdag 29 december 1944 wordt de onderduikplaats ontdekt door de Duitsers.
"*" geeft vereiste velden aan