Waar bent u naar op zoek?

Messiasbelijdende Joden in Israël – tussen synagoge en kerk (1)

Een vergeten groep

Herbert Bulten
Door: Herbert Bulten
Israël
30-09-2024

De stichting Steun Messiasbelijdende Joden viert dit jaar haar 25-jarig bestaan. Ze hoopt daar op verschillende manieren en momenten bij stil te staan. Maar wat zijn Messiasbelijdende Joden? Waarom weten veel christenen zo weinig over hen? En wat hebben zij ons te zeggen?

In het Nieuwe Testament ontmoeten we regelmatig de ‘heiligen’ uit Jeruzalem. Vaak worden daarmee de Joodse volgelingen van Jezus Christus bedoeld. Zij vormen na Pinksteren de meerderheid binnen de gemeenschap van Jezus Christus. Gaandeweg verandert dat. Niet-Joodse gelovigen worden dominant in de kerk.

Joodse volgelingen van Jezus zijn er anno 2024 nog steeds. Daar staat God Zelf garant voor. De meerderheid woont in de Verenigde Staten, naar schatting enkele honderdduizenden. Ook in Israël is een groeiende Joods-messiaanse gemeenschap.

 15.300 Joodse gelovigen

Enkele jaren geleden publiceerde het Caspari Center in Jeruzalem (een dienstencentrum van en voor de Joods-messiaanse gemeenschap) een bijzonder boek: Jesus-Believing Israelis. Exploring Messianic Fellowships. Het betreft een grondige studie vol kleurrijke grafieken, tabellen en andere details over de Messiasbelijdende gemeenten in Israël. Voor mensen die Messiasbelijdende Joden een warm hart toedragen, is het boek een goudmijn aan feitelijke informatie. Wie de studie met geestelijke ogen leest, ontdekt ook iets van het werk van Gods Geest in Israël.

Twintig jaar geleden woonden mijn vrouw en ik in Israël. We maakten toen dankbaar gebruik van een soortgelijke uitgave van het Caspari Center uit 1999. De nieuwe en uitgebreide versie geeft een goed inzicht in de ontwikkelingen gedurende de afgelopen twintig jaar.

In 1999 waren er ruim 80 gemeenschappen van Messiasbelijdende Joden in Israël, onderverdeeld in gemeenten (20 of meer personen) en huisgroepen (maximaal 20 personen). In totaal werd toen uitgegaan van 5000 Joodse gelovigen in Jezus Christus, die zich verbonden wisten met een van de 80 gemeenschappen. Volgens de onderzoekers waren er anno 2020 minimaal 15.300 Joodse gelovigen in Jezus Christus, die verbonden waren aan ruim 270 bevestigde gemeenschappen (zie tabel). Wanneer je ‘Jood’ bent, hangt overigens ook weer af van de definitie.

 

Beste komt nog

Ondanks de zorgvuldigheid van het onderzoek is duidelijk dat deze getallen niet helemaal overeenkomen met de werkelijkheid. Een onbekend aantal Joodse volgelingen van Jezus Christus belijdt zijn of haar geloof in het verborgene, omdat ze bang zijn voor de consequenties die het kan hebben om in Israël publiekelijk uit te komen voor het geloof in Hem. We noemen hen ook wel ‘geheime gelovigen’.

Deze en andere redenen verklaren waarom er ook andere cijfers circuleren. Zo zijn er organisaties die suggereren dat er mogelijk tot wel 50.000 Joodse gelovigen in Israël wonen. Gebaseerd op bovenstaande argumenten is een aantal van ongeveer 20.000 Messiasbelijdende Joden anno 2024 realistischer.

Feit is dat het aantal volgelingen van Jezus Christus in Israël minimaal is verdrievoudigd in twintig jaar tijd, ook als percentage van de Israëlische bevolking. Dat is iets om dankbaar voor te zijn. Een messiaanse voorganger zei onlangs: ‘We geloven dat het beste van Gods werk nog moet komen onder Zijn verkozen volk in Israël.’ Daar mogen we biddend en met de geopende Schrift in de hand naar uitzien.

 

Gevaarlijke Moghes

We signaleren dat een minderheid van de diensten van messiaanse gemeenten tegenwoordig Hebreeuwstalig is. In 1999 was dat nog zeventig procent. Er is een stevige groei van andere voertalen, vooral het Russisch en Amhaars (een Semitische taal die wordt gesproken door Ethiopische Joden). Deze ontwikkeling illustreert dat de groei van het aantal Messiasbelijdende Joden deels te verklaren is door aliyah (letterlijk ‘opgaan’, het vestigen in Israël) van Joden uit voormalige Sovjetstaten en Ethiopië.

Een ander opvallend gegeven is de mate van tegenstand die de Joodse gelovigen ervaren. Over het algemeen komt deze uit Joods-orthodoxe hoek. De Ethiopisch-Joodse gemeenschap ervaart relatief de meeste tegenstand.

Illustratief is pastor Moghes. Zijn gezin is door hun Joodse familie verstoten. Hij en zijn vrouw hebben beiden een fulltimebaan om rond te kunnen komen. Daarnaast is hij actief in de gemeenschap voor mensen in nood. Op sabbat leidt Moghes de diensten. Een aanzienlijk deel van de gemeente durft op sabbat niet naar de eredienst te komen en als een ware herder zoekt Moghes hen thuis op. Ook is hij evangelist in hart en nieren. Onlangs werd in Haifa een pamflet verspreid waarop werd gewaarschuwd voor ‘de gevaarlijke Moghes’.

Kwetsbaarheid

Een ander opmerkelijk feit is dat ongeveer tachtig procent van de gemeenten en huisgroepen wordt geleid door voorgangers met een immigratieachtergrond. Verder constateren de onderzoekers dat de meerderheid van de leiders niet of nauwelijks een theologische opleiding heeft genoten.

Beide uitkomsten herkennen we in de praktijk. Ze leiden ook tot flinke uitdagingen. Zo komt het meer dan eens voor dat voorgangers die in het verleden aliyah hebben gemaakt, niet of nauwelijks Hebreeuws spreken. Dit in tegenstelling tot de jongere generatie die in Israël is opgegroeid. De jonge generatie verlaat om deze reden nogal eens de ‘moedergemeente’ en sluit zich in het beste geval aan bij een Hebreeuwstalige gemeente. In andere gevallen keert zij de gemeenschap de rug toe.

Ook de opleiding van voorgangers is een zorg. De soms zware (leef)omstandigheden in Israël leiden ertoe dat (parttime) voorgangers lang niet altijd de mogelijkheid hebben zich theologisch te laten toerusten. Vaak blijft het bij een enkele cursus en praktijkervaring. Dit verhoogt de theologische kwetsbaarheid van de Messiasbelijdende Joodse gemeenschap in Israël.

 

Besneden en sabbat

Er wordt weleens de indruk gewekt dat de messiaanse gemeenschap in Israël diep verdeeld is. Inderdaad is er de nodige diversiteit, maar deze is anders en zeker niet groter dan in bijvoorbeeld Nederland. De meeste gemeenten zijn weliswaar onafhankelijk, maar ze zijn wel verenigd in platforms. Deze platforms bieden ruimte voor ontmoeting, bemoediging en afstemming van beleid. Ook worden er theologische verschilpunten besproken. In tijden van crisis weet men elkaar, ondanks verschillen, snel te vinden en zoekt men elkaar op om al biddend antwoorden te vinden.

Ook zijn er verschillende verbanden waarin men Arabische christenen ontmoet en met elkaar bidt. Dit zijn ware oefenplaatsen van verzoening. Diverse gemeenten bestaan overigens uit zowel Arabische als Joodse gelovigen.

Bovendien is er ook een groot aantal gemeenschappelijke delers. Zo zien vrijwel alle Messiasbelijdende Joden de staat Israël als een vervulling van bijbelse profetieën. Verder zijn de meesten van hen qua christologie (leer over Christus) orthodox: Jezus de Messias is zowel God als mens. Qua theologische ligging zijn de meeste gemeenten evangelicaal. Kortom, veel gemeenten hebben theologisch veel weg van een doorsnee behoudende christelijke gemeente elders in de wereld.

Overigens zoekt men in Israël wel een eigen weg als het gaat om het inpassen van de Joodse traditie. Zo vieren vrijwel alle gemeenten evenals het jodendom de bijbelse feesten. Ook worden jongetjes besneden en geldt de sabbat als rustdag. Slechts in een heel klein aantal gemeenten worden de leden aangemoedigd volgens de <i>halacha<p> (de traditionele Joodse wetgeving) te leven.

 

Pijnlijk

Messiasbelijdende Joden worden weleens gepositioneerd tussen synagoge en kerk. Dat is een terechte constatering. De synagoge wijst hen af vanwege hun geloof in Jezus de Messias, terwijl christenen en kerkgemeenschappen door de geschiedenis heen een wisselende relatie met hen onderhouden.

Hoewel deze Joden zich innig verbonden weten met zowel synagoge als kerk, ervaren ze van beide kanten ontkenning. Je zou kunnen spreken van een dubbele ontkenning.

In zijn boek Messiasbelijdende Joden door de eeuwen heen noemt dr. Pieter Siebesma de Messiasbelijdende Joden pijnlijk treffend ‘een vergeten groep’.

Als we kijken naar de kerken, dan worden ze regelmatig uitgesloten van de Joods-christelijke dialoog. Als er al belangstelling voor hen is, dan spreken veel christenen vooral óver hen in plaats van mét hen. In het slechtste geval schrijft de kerk voor hoe ze hun unieke Joodse identiteit zouden moeten vormgeven. Dan is het opnieuw de kerk die de kaders wil bepalen van wat Joden wel en niet mogen doen.

 

Hoopgevende aanzet

Gelukkig zijn er ook positieve ontwikkelingen. Als stichting signaleren we dat een toenemend aantal christenen zich betrokken weet op Messiasbelijdende Joden. Ook komt er meer bezinning op gang over hun relatie met de kerk. Zo is het positief dat de Protestantse Kerk in Nederland in de nota Uw Koninkrijk kome. Als pelgrims onderweg met Joden en Palestijnse christenen (2024) voor het eerst echt aandacht besteedt aan gelovige Joden in Israël. Hoe die aandacht in de nota zich vertaalt in de praktijk, is nog onduidelijk. Het is echter een hoopgevende aanzet.

Geïnteresseerd in meer lezenswaardige artikelen? Neem een jaarabonnement (€ 53). Als welkomstgeschenk ontvangt u De Waarheidsvriend twee maanden gratis. Of maak gebruik van onze actie en lees De Waarheidsvriend vier maanden voor € 10,-!

Herbert Bulten
Herbert Bulten

is directeur van de stichting Steun Messiasbelijdende Joden.