Waar bent u naar op zoek?

Drie-ene genade

dr. G. van den Brink en dr. A. Goudriaan
Door: dr. G. van den Brink en dr. A. Goudriaan
29-06-2023

Het overlijden van ds. Roelof Kieskamp maakte het hem onmogelijk om zijn onderzoek over de rol van de drieeenheid tijdens de Synode van Dordrecht af te ronden. De concepten van alle hoofdstukken waren echter al klaar. Zijn twee promotoren maakten van zijn werk een uitgave.

Vanaf zijn emeritaat in 2001 is ds. R.H. Kieskamp met grote ijver bezig geweest met het in kaart brengen van de wijze waarop tijdens de beroemde Synode van Dordrecht (1618-1619) de leer van de drie-eenheid een rol heeft gespeeld. Zette men destijds alles op de kaart van de uitverkiezingsleer of verdedigde men Gods vrije genade ook met een beroep op het belijden van de Vroege Kerk dat we al ons heil te danken hebben aan de drie-enige God? En als de drie-eenheid ter sprake kwam, hoe gebeurde dat dan?

Het was de bedoeling van drs. Kieskamp om deze vragen te beantwoorden in een wetenschappelijk proefschrift. Als zijn beoogde promotoren hebben we hem hier een heel aantal jaren bij mogen begeleiden.

Afgerond

In de meeste concepten van de hoofdstukken had ds. Kieskamp de feedback van ons als begeleiders al verwerkt. Het werk was feitelijk vrijwel gedaan. Het zou daarom bijzonder jammer zijn als de vruchten van zijn arbeid niet publiekelijk beschikbaar zouden komen. In overeenstemming met de wens van ds. Kieskamp zelf en in nauw overleg met zijn nabestaanden is daarom besloten om het alsnog tot een uitgave van zijn werk te laten komen. Daarbij hebben we als ds. Kieskamps begeleiders de laatste hoofdstukken zoveel mogelijk in zijn geest afgerond. Als bezorgers van Drie-ene genade (de titel heeft ds. Kieskamp zelf vastgesteld) zijn we uitgeverij Groen zeer erkentelijk voor haar bereidheid om deze studie in haar fonds op te nemen.

Theologisch belang

Het mag dan geen proefschrift geworden zijn, om de eer van een doctorstitel was het ds. Kieskamp ook niet te doen. Wel wilde hij graag breed aandacht vragen voor wat hij tijdens zijn onderzoek had gevonden. Hij was er diep van overtuigd dat daar een nadrukkelijk theologisch belang mee gemoeid was, ook voor de kerk vandaag. Dat belang hangt samen met de diepste strekking van de Dordtse Leerregels – een strekking die ds. Kieskamp regelmatig aanduidt met de frase ‘het genadekarakter van de genade’. Dat lijkt wellicht een tautologie (een combinatie van woorden die hetzelfde uitdrukken), maar is het niet.

Niemand ontkent immers dat genade een be langrijk begrip is in geloof en theologie. Maar dat is nog wat anders dan beseffen wat Gods genade feitelijk inhoudt, en wat er op z’n kop gaat wanneer deze voluit serieus genomen wordt. Dan blijkt immers dat we ons geluk, ook ons eeuwig geluk, niet voor het minste aan onszelf te danken hebben (dus ook niet aan ons eigen geloof). Dan geldt pas werkelijk: soli Deo gloria.

Minutieus

Ds. Kieskamp was door dit ‘genadekarakter van de genade’ gegrepen. Hij laat het positief oplichten waar hij kan, en maakt aan de hand van de Acta ook duidelijk waar hij het in gevaar ziet komen – destijds en vandaag. Na een inleidend hoofdstuk dat de stukken op het bord zet, wijdt hij aan elk van de artikelen van de Remonstrantie een hoofdstuk. Daarin gaat hij steeds minutieus na hoe in de discussies het werk van de Vader, Christus en de Geest aan de orde kwam. De vertegenwoordigers van de kerkprovincies, de buitenlandse afgevaardigden, de Nederlandse professoren – allemaal komen ze aan het woord. Ds. Kieskamp trekt vanuit ‘Dordt’ ook lijnen door naar de latere theologie. Daarbij laat hij fraai zien hoe de thema’s van destijds de gemoederen bleven bezighouden – en ook hoeveel bijval de Dordtse beslissingen zouden blijven krijgen. Je voelt als lezer daardoor nog beter aan dat er daadwerkelijk iets op het spel staat.

Onvoltooid

Als bezorgers van deze uitgave zijn we dankbaar dat nu alsnog de oogst van onze samenwerking met ds. Kieskamp het licht kan zien. Het spijt ons natuurlijk dat het boek ergens een Unvollendete (onvoltooide) blijft – we weten niet hoe de tekst na het verhoopte passeren van een promotiecommissie (bestaande uit vijf beoordelende collega’s) eruit had gezien. Tegelijkertijd is het ook wel weer mooi dat het boek juist op deze manier authentiek is gebleven: de stem is tot op het laatst overduidelijk die van ds. Kieskamp. We hopen dan ook dat zijn gedachtenis mede via dit boek, dat van zijn noeste arbeid getuigt, voor velen tot zegen zal blijven.

dr. G. van den Brink en dr. A. Goudriaan
dr. G. van den Brink en dr. A. Goudriaan