Waar bent u naar op zoek?

De tekst moet eigenlijk zichzélf prediken

‘De prediking van Gods Woord is Gods Woord’

Dr. J. Hoek
Door: Dr. J. Hoek
Prediking
17-03-2025

De kop van dit artikel is een heel bekende uitspraak die ongetwijfeld ook in De Waarheidsvriend door de jaren heen dikwijls is geciteerd. Het is een woord van de Zwitserse reformator Heinrich Bullinger (1504-1575), de opvolger van Hyldrich Zwingli in Zürich. Deze belangrijke, maar toch vrij onbekend gebleven, ‘man in de schaduw’ is de auteur van de Tweede Helvetische Confessie (Confessio Helvetica posterior, 1566), een belijdenisgeschrift dat niet alleen in Zwitserland, maar ook internationaal veel erkenning heeft gevonden.

Deze confessie zet in met het belijden van het gezag van de Heilige Schrift, het ware Woord van God. De canonieke boeken van Oude en Nieuwe Testament hebben uit zichzelf voldoende gezag en hebben geen ondersteuning van menselijk gezag nodig (we noemen dat de ‘autopistie’ van de Schrift). “Want God Zelf heeft tot de vaderen, de profeten en de apostelen gesproken en Hij spreekt nu nog tot ons door de Heilige Schriften.”

 

Geen tegenspraak

Zo komt er een is-gelijk-teken te staan tussen de Bijbel en het Woord van God. Wie in de Bijbel leest of eruit hoort voorlezen, hoort Gods stem.
Zo bezien is de lezing uit de Schrift een hoogtepunt in elke eredienst. De gemeente hoort met eerbied wat de Geest tot de gemeente zegt. Midden in een wereld vol tegenstrijdige opinies en eindeloze discussies klinkt hier het Woord dat per definitie het hoogste én het laatste woord heeft. Het duldt geen tegenspraak en vraagt om onvoorwaardelijke gehoorzaamheid.

Dit artikel gratis verder lezen?
Schrijf u in voor onze nieuwsbrief en lees de volledige tekst van dit artikel.

"*" geeft vereiste velden aan

Dr. J. Hoek
Dr. J. Hoek

uit Veenendaal is emeritus hoogleraar Gereformeerde spiritualiteit.