column
Beeldvorming
Het was dus een foutje, dat portret van die oudvader in 'De Waarheidsvriend'.
Maar de rectificatie was even misleidend. Want we zijn niet één keer bedrogen, maar negen, ja tien keer als het in dit nummer niet voorgoed wordt rechtgezet.
Mijn knipoog richt zich op de artikelenserie ‘Momenten uit de kerkgeschiedenis’. Alleen al deze oubollige eregalerij bevreemdde mij. Moest na het themanummer over Bonhoeffer het oud-hervormd-gereformeerde vertrouwen worden gevoed? Het openingsartikel werd geschreven door een emeritus predikant die zich aan de bondse bewondering van Bonhoeffer had gestoord. Hij mocht nu schrijven over Thomas a Kempis als katholieke voorloper van een bonte reeks gereformeerde kopstukken. Hun namen werden niet aangekondigd. Wel zagen we alvast een portrettenkolom. De meeste lezers, gepokt en gemazeld in de protestantse heldenverering, zullen de koppies wel hebben kunnen thuisbrengen. Datheen, De Brès, Bogerman enzovoort. Maar wie was die man op de zevende plaats? Juist, Joos van Laren, die chronologisch echter direct na Bogerman zou thuishoren.
In nummer 23 kwam de aap uit de mouw. Aflevering 7 ging over Smytegelt, wat in tijdsvolgorde klopte. Maar bij dit artikel prijkte het portret van de reeds eerder behandelde Hellenbroek. Geestverwanten met geestige achternamen, maar niemand zal geloven dat ze als twee druppels water op elkaar leken. Terecht, bleek in de rectificatie de week daarop. ‘Van Smytegelt is überhaupt geen portret beschikbaar.’ Maar dat wist de redactie toch vanaf het begin? We kregen geen uitleg over de wekenlange afbeelding van de verkeerde man op de verkeerde plaats.
Ach, uiteindelijk lijken al die oudvaders op elkaar. Als ze maar een pruik, een bef of een baard hebben, een boekje in de hand of bijbel voor hun neus, dan passen hun plaatjes prima in ons beeld van godvruchtige mannen uit Neêrlands Israël. Pas bij serieuze studie van hun leven en werk verliezen zij elk anachronistisch aureool. Dan worden het net die tien keurig gekapte hedendaagse heren op de pasfoto’s bij de artikelen. Niemand wekt de indruk dat hij bijvoorbeeld wil ogen als Hoedemaker, de hekkensluiter in dit nummer. Of zou Bonhoeffer er zo ongeveer hebben uitgezien als hij een echte oudvader was geworden?
Fred van Lieburg