column
Bogermannen
Zat hij of stond hij toen hij de remonstranten de zaal uitstuurde? Het was geen strikvraag zoals je die vroeger op catechisatie niet mocht stellen. Het was een slotvraag na een lezing over de toorn van Johannes Bogerman tijdens de Dordtse Synode.
Onlangs vond in Berlijn de derde internationale RefoRC conferentie plaats. Er waren 142 deelnemers om zich over de ‘antropologie’ van de Reformatie te buigen. Welgeteld 101 dames en heren presenteerden zelf een paper in een volgepropt programma met parallelsessies. Dat weerspiegelt de eigenlijke bedoeling van zo’n moderne wetenschapskermis. Het is onmogelijk hier gezamenlijk met de inhoud bezig te zijn. Het gaat erom dat je er bent, dat je netwerkt, je onderzoek in de markt zet en je universiteit blij maakt met internationale ‘output’.
Er waren wel acht bijdragen van Nederlanders wier academische posities mede worden gefinancierd uit giften vanuit de gereformeerde gezindte. Vroeger was dat omgekeerd. De overheid betaalde de gereformeerde gezindte en daarom had de gereformeerde theologie aan de universiteiten alle ruimte. Sinds de genoemde gezindte is gemarginaliseerd, moeten gereformeerden zelf moeite doen om in de academische wereld mee te draaien. Letterlijk zelfs in de caroussel van zo’n Refo500-circus.
Waar zijn uw Bogermannen? Deze vraag kwam ooit op een hervormde synode als een boemerang naar de Gereformeerde Bond, die klaagde dat de klassieke theologie zelfs in de kerkelijke opleiding zo weinig aan bod kwam. De roep om godgeleerden knaagt nog steeds aan het geweten. Het door gemeenteleden bijeen gespaarde bondsbudget is thans goed voor maar liefst drie leerstoelen en drie promotieplaatsen.
Ik denk dat het een goede ontwikkeling is. Tegelijkertijd herinner ik met vrezen en beven aan het conflict dat op de Dordtse Synode zo dramatisch eindigde. Kerkelijk leven en academische theologie verdragen elkaar niet goed. Het is lastig grenzen te verleggen en orthodox te blijven.
Bogerman werd boos om zo’n grensoverschrijding, al staat dat zo niet in de synodenotulen. Zijn laatste woorden tegen de remonstranten weten we niet, wel dat hij hun zijn handpalmen toekeerde. En wat die verlegenheidsvraag aan het begin betreft: ik vermoed dat de standvastige Bogerman hen als laatste uiting van respect op staande voet ontslagen heeft. ‘Toen hun dit door de preses gezegd was, zijn ze opgestaan en uit de synode gegaan.’
Fred van Lieburg