Miskraam geeft woud van vragen
Rondom miskraam en vroeggeboorte dringen de vragen zich op in veelvoud, schrijft ds. J. Belder. Waarom kan dit gebeuren? Waarom wij? Maar ook vragen van geheel andere orde, zoals: Heeft een beginnend leven ook al een ziel?
Vroeg of laat dringt zich de vraag naar het ‘waarom’ aan rouwenden op. In het kielzog daarvan komen allerlei afgeleide vragen mee. ‘Waarom ging het mis?’ ‘Wanneer precies?’ ‘Wat deed ik verkeerd?’ Of: ‘Maakten anderen fouten?’ Lang niet altijd is de doodsoorzaak vast te stellen.
Aan informatiehonger is op zichzelf niets verkeerd. Het is menselijk. Begrijpelijk. Er kunnen vermijdbare en dus verwijtbare fouten aan het licht komen. Zijn ze veroorzaakt door anderen? Wat doe je er dan vervolgens mee? Een klacht indienen tegen degene(n) die een steek liet(en) vallen? Maar wat wil je daarmee bereiken? Is het niet zinvoller te kiezen voor een gesprek met degene(n) die jij primair verantwoordelijk houdt voor het verdriet dat jouw leven binnenstroomde? Verwijtbaar gedrag maakt rouwen ondertussen wel extra zwaar en emotioneel.
Niet zelden maken mensen zichzelf verwijten. ‘Had ik maar zus of zo gedaan…’ Vaak gaat het om niet-reële en zelfs irrationele gedachten. Ontzenuw ze. Hoe? Door ze kritisch onder handen te nemen.
Is er verband tussen verdriet en zonde? In zijn algemeenheid wel. We leven in een gebroken werkelijkheid. Door roekeloos gedrag kunnen we onszelf en het ongeboren leven in gevaar brengen. Het is alom bekend dat alcoholconsumptie en roken een negatieve uitwerking hebben op de ontwikkeling van het kindje in de baarmoeder.
Lees het volledige artikel in De Waarheidsvriend van 22 mei 2015.