Waar bent u naar op zoek?

Kloppende hart van de Dordtse Leerregels

09-03-2015

Door de Dordtse Leerregels verkeren sommige gemeenteleden in grote geloofsonzekerheid, schrijft dr. W. Verboom. Hun angstige vraag is: hoe weet ik dat ik behoor tot de uitverkorenen?

Tijdens zijn wetenschappelijk onderzoek naar de plaats van de leer van de uitverkiezing in de gereformeerde traditie stuitte mijn leermeester, dr. C. Graafland, op deze tragiek van gemeenteleden.

Om zeker te worden dat men behouden werd, wees men doorgaans naar de kenmerken van de verkiezing, zoals kennis van ellende, verlossing en dankbaarheid. Vindt men die kenmerken in zijn leven, dan mag men op grond daarvan geloven dat men uitverkoren is.

Maar daarin zat voor hen meteen al het levensgrote probleem. Want onzekere ‘tobbers’ die in hun leven gaan zoeken naar de kenmerken van de verkiezing, vinden die niet. Integendeel, ze lopen al meteen vast in het bange gevoel te weinig ellendekennis te hebben. Laat staan dat ze voldoende doorleefd hebben dat ze ‘overgeplant’ werden in Christus en nu in een nieuw, godzalig leven wandelen.

Hoe kwam dat toch – en hoe komt het toch nog – dat meerdere mensen hiermee tobben, vooral de ouderen, die vaak kwetsbaar geworden zijn en onzeker? Is het soms zo dat de Dordtse Leerregels, ons derde belijdenisgeschrift, hier debet aan zijn? Is het omdat daarin de leer van de dubbele predestinatie, de verkiezing en de verwerping beleden wordt? Ik denk het niet. Hun onzekerheid, soms zelfs hun wanhoop, is veel meer te wijten aan de wijze waarop in de loop van onze traditie de Leerregels van Dordt zijn uitgelegd in prediking, catechese en pastoraat.

De mannen van Dordt waren er helemaal niet op uit om mensen onzeker te maken, tot wanhoop te leiden.

Lees het volledige artikel in De Waarheidsvriend van 13 maart 2015.