Gebedsonderwijs
Bidden leren vraagt nog meer volharding dan het schrijven van een proefschrift. Zo luidt de laatste stelling bij de dissertatie van dr. P. Veerman. Dr. A de Reuver bespreekt de dissertatie van dr. Veerman.
Hoewel het hoofdaccent valt op de volharding in het gebedsleven, geeft dit ook treffend weer wat een spankracht het vergt om een proefschrift te voltooien.Het is hem gelukt. Een hartelijke gelukwens is op zijn plaats. In het besef dat de Hoorder van het gebed het hem deed gelukken. De gevouwen handen op de omslag van het boek zijn hiervan het symbool.
Fraaie studie
Deze fraaie studie kan met recht een onderzoek heten. Ds. Veerman uit Wilnis, die zijn dissertatie onlangs verdedigde, was nieuwsgierig en ging op zoek. Hij wist wat hij zocht: het kenmerkende van het gebedsonderricht in de Heidelbergse Catechismus.
Hij wist ook wáár hij het zoeken moest: in vergelijkingsmateriaal dat in tal van zestiende-eeuwse catechetische geschriften voorhanden is. Daaruit maakte hij een selectie van voornamelijk volkstalige catechismi die vanaf Luthers Kleine en Grote Catechismus aan de Heidelberger voorafgingen. Het betreft zowel lutherse als gereformeerde en ook rooms-katholieke geschriften.
Voordat hij in vier hoofdstukken tot deze vergelijkende exercitie overgaat, biedt hij eerst informatie over de belangrijkste studies die aan de Heidelbergse Catechismus zijn gewijd. Hieronder is die van collega W. Verboom, die hem tot deze studie inspireerde. Verder legt hij verantwoording af van de theologiehistorische methode die hij volgt en geeft hij een summiere maar belangwekkende schets van het catechetisch gebedsonderwijs dat aan de protestantse reformaties voorafging. Ook presenteert hij een gedetailleerde verkenning van de gebedsleer in de catechismus.
Gebod en gebed
Uiteraard kan ik hier nauwelijks recht doen aan deze veelomvattende theologische verkenning. Ik volsta met de vermelding van enkele hoofdpunten.
Een van de voornaamste is het bekende maar wellicht te weinig gehonoreerde feit dat de behandeling van zowel de tien geboden als het Onze Vader binnen hetzelfde stuk van de dankbaarheid valt. Zo zijn gebod en gebed hecht aan elkaar verbonden.
Het gebod, dat ons in gebreke stelt, drijft ons uit tot het gebed. En omgekeerd vormt het gebed om de Heilige Geest de dragende grond van het leven naar Gods geboden. Vandaar dat het gebed het voornaamste stuk van de dankbaarheid heet. Dankbaar leven naar Gods gebod is geen krachttoer, maar genadegift op het gebed.
Lees de volledige tekst van het artikel in De Waarheidsvriend van 4 maart 2016.