De strijd is nog niet ten einde
En de Geest en de bruid zeggen: Kom! Openbaring 22:17
De Heilige Geest is niet alleen betrokken bij de schepping, zoals we in de vorige meditatie over Openbaring 22:17 zagen. Hij is ook betrokken bij de verlossing. Dat feit versterkt alleen nog maar het roepen om de wederkomst.
De schepping is niet alleen in zichzelf kwetsbaar en aan de vergankelijkheid onderworpen, maar ze wordt ook bevolkt door uiterst problematische wezens. Er leven dieren die elkaar verscheuren. Ook wonen er mensen van wie de een soms voor de ander een wolf wordt en die bijzonder weinig terechtbrengen van hun roeping de aarde te bewonen met respect voor de Schepper.
Overwinnaar
Al vanaf het eerste begin dachten mensen het zelf beter te weten. De Schepper liet het daar echter niet bij zitten. Met Zijn Geest bezielde Hij profeten om de weg ten leven te wijzen. Meestal vonden ze geen gehoor. Ten laatste zond Hij Zijn Zoon (Matt.21:37). Meer dan wie ook vóór Hem was Hij bezield door de Geest. Ook Zijn missie leek echter geen resultaat te hebben. En toen? Toen bleek deze Zoon in Zijn onmacht ongehoord sterk. Aan het kruis overwon Hij al de duistere machten van zonde, duivel en dood. In de Openbaring aan Johannes wordt Jezus telkens getekend als het geslachte Lam, Dat tegelijk de Leeuw, de Overwinnaar, is.
Wie naar boven kijkt in oude Byzantijnse kerken, ziet daar de Christus Pantokrator, de Heerser over alles. Alleen is de serene rust die Hij daar uitstraalt, niet in overeenstemming met de werkelijkheid zoals die door Zijn volgelingen op aarde ervaren wordt. Johannes schrijft aan mensen die op alle mogelijke manieren geteisterd werden door de tegenkrachten. Ondanks de overwinning van het Lam is de strijd nog zeker niet ten einde.
Door Woord én Geest
In de brieven aan de zeven gemeenten (Openb. 2 en 3) lezen we hierover uitvoerig. De tegenkrachten kwamen van buiten, maar zaten ook binnen in het hart van de gemeente. Waar is hun eerste liefde gebleven, waar hun trouw en toewijding? Waarom sloten ze zulke laffe compromissen? Dan klinkt zelfs heel dreigende taal, nota bene van Hem Die hen heeft gekocht met Zijn bloed: ‘Omdat u lauw bent en niet koud en ook niet heet, zal Ik u uit Mijn mond spuwen.’ (Openb.3:16)
Maar het blijft niet bij dreigende taal. Telkens is er ook de uitnodiging te horen wat de Geest tegen de gemeenten zegt. Met die oproep eindigt elk schrijven. Christus, verheven in de hemel, regeert op aarde Zijn gemeenten door Woord en Geest. Op die manier heeft de Geest het wel heel druk en is Hij ook nooit klaar.
Troost en vermaning
Vaak wordt gezegd dat de Openbaring aan Johannes een troostboek is voor de verdrukte gemeente. Dat is zeker waar. Tegelijk is er een andere kant. Was het maar zo dat de tegenstander alleen de keizer in Rome was of de plaatselijke consul die het de kleine christelijke gemeenschappen lastig maakte om hun geloof te belijden.
Wie de brieven aan de zeven gemeenten leest, krijgt ook nog een heel ander beeld. Wat hebben de volgelingen van Jezus nog steeds een dwaas en dwaalziek hart. Wat hebben ze het daarom nodig dagelijks zich te laten onderwijzen door Woord en Geest. ‘Heere, maak mij Uwe wegen door Uw Woord en Geest bekend.’ Daarom is de Openbaring aan Johannes ook een boek vol vermaningen en waarschuwingen: wees waakzaam, wees ijverig en bekeer u.
Halfslachtig leven
In dit licht kunnen we nog weer op een andere manier verstaan waarom de Geest aan het einde van het boek Openbaring bidt: Kom, Heere Jezus. Hij lijdt niet alleen aan de gebrokenheid van de schepping, Hij lijdt ook aan het halfslachtige leven van de gemeenten. Wanneer zal daar een einde aan komen? Niet eerder dan wanneer alle dingen voltooid zullen zijn, alle machten van lauwheid en ongeloof overwonnen zullen zijn.
Wat een genade dat de Geest dit doet, soms met ons samen, omdat we ook zelf lijden aan onze onbekeerlijkheid, maar soms ook geheel zelfstandig. De Geest bidt vóór ons en met ons, maar als het moet zonder ons. Hij is aan ons gegeven, Hij woont zelfs in onze harten, maar gelukkig valt Hij nooit met ons samen. Hij is en blijft ook Zelf God. Hij weet dat wanneer wij te laf of te moe geworden zijn om nog tegen het verkeerde te vechten, er maar één oplossing is: de komst van Christus Zelf.